Remco van Mulligen

Ik ben Remco van Mulligen (42). Ik ben in Voorschoten opgegroeid in een kleine en hechte familie, nadat mijn ouders zijn gescheiden toen ik drie was. Zowel mijn moeder als mijn vader zijn daarna vrij snel hertrouwd. Daardoor heb ik bij elkaar opgeteld, verspreid over twee gezinnen, vier jongere broers. En niet te vergeten: een ’tweede’ vader, die zich onvoorwaardelijk en liefdevol over me heeft ontfermd – en die ik helaas moest verliezen in de periode waarin ik in deze parochie solliciteerde. Ik heb een vrouw (Emmy) en twee kinderen (Daan uit 2012 en Ethan uit 2017) en we wonen in Amersfoort.

Mijn achtergrond is niet christelijk en eerlijk gezegd was ik als scholier zelfs redelijk ‘anti’. Op het gymnasium was het bon ton om neer te kijken op religie als achterhaald en irrationeel verschijnsel. Dat beeld ging bij mij wankelen toen ik in 1999 ging studeren in Groningen. In een nieuwe omgeving, ver van huis, leerde ik iemand kennen die intelligent, gevat én gelovig was. Ik kocht een bijbel en ging daarin lezen. Ik probeerde me in gebed tot God te richten, wie Hij/ Zij ook was – dat was mij nog niet duidelijk. Geleidelijk kwam ik tot de ontdekking dat ik geloof in God, en toen kwam de vraag: wat moet ik daarmee?

Om me verder te oriënteren zocht ik op internet naar een interkerkelijke studentenvereniging en zo vond ik het evangelische Ichthus. En via nieuwe vrienden raakte ik in gesprek met de gereformeerde dominee Bart van Veen. Bij deze bijzondere man voerde ik veel gesprekken één op één en leerde ik als negentienjarige de basics van het christelijk geloof kennen. Ik heb enkele jaren later belijdenis gedaan in de Nederlands Gereformeerde Kerk, samen met mijn toenmalige vriendin Emmy, die nu alweer bijna twintig jaar mijn vrouw is. Maar toch bleven er vragen, die voor mij in de gereformeerde spiritualiteit niet beantwoord werden. Pas in de jaren die volgden, viel alles op z’n plek, nadat ik via katholieken de Rooms-Katholieke Kerk leerde kennen. In de liturgie van de Sint Jozefkathedraal in Groningen wist ik direct: dit is een manier van vieren waarin ik als gelovige thuis ben. In 2005 ben ik in die kerk, in de Paaswake, katholiek geworden.

Zo raakte ik verzeild in de kerk. Die eerste jaren waren een mooie en intense tijd, maar ook katholiek zijn brengt regelmatig (flinke) uitdagingen met zich mee. Het kan ook moeite kosten te begrijpen waarom de kerk is zoals ze is. En ik ontdekte ook dat onze kerk lang niet altijd een warme, verwelkomende omgeving is. Geleidelijk, en met ups en downs, heb ik geleerd dat in die gigantische Wereldkerk voor iedereen plek is – en dus ook voor mij. Mijn eigen inspiratie vind ik bij Franciscus van Assisi (en de franciscaanse spiritualiteit) en bij Dorothy Day en de spiritualiteit van de door haar opgerichte Catholic Worker. Zij was net als ik journalist, bekeerling tot het katholicisme en anarchist – dat schept een band.

Mijn keuze om te werken in de kerk is ook pas later tot stand gekomen. In Groningen studeerde ik geschiedenis en journalistiek. Ik heb eerst als promovendus aan de Vrije Universiteit onderzoek gedaan naar de evangelische beweging in Nederland, wat leidde tot een PhD aan de faculteit Religie & Theologie. Daarna ben ik jarenlang journalist geweest bij het Nederlands Dagblad. Daar schreef ik over onder andere de islam en evangelisch en katholiek Nederland.

Al toen ik met dominee Bart in gesprek was, vroeg ik me af: zou ik een roeping hebben om zelf ook dominee te worden? Hoe kan ik de kerk dienen met wie ik ben? In 2016 ben ik begonnen met een studie theologie, naast mijn gezin en mijn baan als journalist. In 2023 studeerde ik af, met een onderzoek dat goed bij mij past: naar de reis die Franciscus van Assisi in 1219 maakte naar Damietta, om daar midden in de Vijfde Kruistocht sultan Malik al-Kamil op te zoeken. De aanvoerder van de vijand! Franciscus wilde de sultan bekeren, maar raakte bij die ontmoeting onder de indruk van de islam.

Na mijn afstuderen nam ik een sprong, verliet de journalistiek en kwam terecht in deze parochie, waar ik als opbouwwerker een manusje van alles ben. Ik heb geholpen het parochieblad Laudato op poten te zetten, de groep Nabijheid in Apeldoorn (bezoek aan ouderen, zieken, mensen die hun partner hebben verloren) een zetje te geven, een werkgroepje voor bedevaarten te starten, vormelingen te begeleiden, de website en nieuwsbrief doorlichten, een gespreksavond voor de hele parochie organiseren… noem het maar op. Komende tijd ga ik vooral bezig met het opzetten van een project in het kader van de missionaire parochie.

Ik ben blij dat ik op deze manier iets heel concreets kan betekenen in de kerk. Naast deze baan schrijf ik nog een keer per maand een essay voor het tijdschrift Volzin, een blad dat me dierbaar is. En ik ben sinds 1 januari 2024 co-voorzitter van Kairos-Sabeel Nederland, een stichting die zich inzet voor de Palestijnse christelijke gemeenschap en die bekendheid wil geven aan Palestijnse bevrijdingstheologen als Naim Ateek, Munther Isaac en Mitri Raheb. Kairos-Sabeel heeft een activistische tak, onder de naam Christelijk Collectief, die regelmatig vespers, wakes, wandelingen, manifestaties en andere activiteiten organiseert. Als katholiek en theoloog voel ik me goed thuis bij theologie die de armen en kwetsbaren centraal stelt. Dat is, als je het mij vraagt, het kloppende hart van het leven als christen. Geïnspireerd door de woorden van Maria in het Magnificat:

Hij doet zich gelden met krachtige arm,
vermetelen drijft hij uiteen,
machtigen haalt Hij omlaag van hun troon,
eenvoudigen brengt Hij tot aanzien;
Behoeftigen schenkt Hij overvloed,
maar rijken gaan heen met lege handen.

Ga naar de inhoud