Pausboodschap Werelddag van de kinderen

25 mei 2024
Op zater­dag 25 en zon­dag 26 mei 2024 wordt in Rome en in de Rooms-Katho­lie­ke Kerk we­reld­wijd de aller­eerste Wereld­dag van de Kin­de­ren gevierd. Deze dag werd door de paus aan­ge­kon­digd op 8 de­cem­ber 2023, op het hoog­feest van Maria On­be­vlekt Ont­van­gen. Paus Fran­cis­cus schreef ook een bood­schap voor deze dag met als thema: ‘Zie, Ik maak alle dingen nieuw’.

Tijdens de Wereldkin­der­dag wor­den duizen­den jongens en meisjes uit de hele wereld in Rome verwacht. Het idee is afkoms­tig van een negen­ja­rige jongen, die naar aan­lei­ding van de Wereld­jon­ge­ren­da­gen de paus voor­stelde om ook Wereldkin­der­da­gen te or­ga­ni­se­ren. De paus rea­geerde posi­tief: ‘Een prach­tig idee. Ik zal erover nadenken en kijken hoe we het kunnen doen.’

Het ini­tia­tief wordt geor­ga­ni­seerd door het Di­cas­te­rie voor Cultuur en Onder­wijs van het Vati­caan en moet volgens de paus beant­woor­den aan de vraag: ‘Wat voor wereld willen we nalaten aan de kin­de­ren die nu opgroeien? “Net als Jezus willen we kin­de­ren centraal stellen en voor hen zorgen.’

De bood­schap aan kin­de­ren

Paus Fran­cis­cus schrijft aan de kin­de­ren: ‘Jezus zegt: “Zie, Ik maak alle dingen nieuw” (Openb. 21, 5); deze woor­den heb ik gekozen als thema voor jullie eerste Wereld­dag. … Met Jezus kunnen we dromen van een nieuwe mens­heid en ons inzetten voor een meer broe­der­lijke en zorgzame samen­le­ving. De wereld veran­dert door kleine dingen zoals anderen begroeten, toestem­ming vragen, zich verontschul­digen, dankjewel zeggen. Onze wereld veran­dert als we met deze kleine dingen beginnen, zon­der bang te zijn om telkens kleine stapjes te zetten, een voor een. Onze klein­heid herinnert ons eraan dat we kwets­baar zijn en dat we elkaar nodig hebben, als leden van één lichaam (vgl. Rom. 12, 5; 1 Kor. 12, 26).’

Een be­lang­rijk geheim

De paus vraagt de kin­de­ren om in de voor­be­rei­ding samen met anderen het Onze Vader te bid­den en ver­trouwt ze een be­lang­rijk geheim toe: ‘…om echt gelukkig te zijn moet je bid­den, veel bid­den, elke dag, want gebed verbindt ons recht­streeks met God. Gebed vervult ons hart met licht en warmte en helpt ons om alles met ver­trouwen en een vre­dig gemoed te doen. Jezus bad altijd tot de Vader. En weet je hoe hij hem noemde? In zijn taal noemde hij Hem gewoon ‘Abba’, wat ‘papa’ betekent (vgl. Marc. 14, 36). Laten wij het­zelfde doen! We zullen Hem altijd dicht bij ons voelen. Jezus zelf beloofde ons dit toen hij zei: “Waar twee of drie in mijn naam bijeen zijn, daar ben Ik in hun mid­den” (Mat. 18, 20).

Download

Wapen paus Franciscus

De Heilige Stoel

Bood­schap van de Heilige Vader Fran­cis­cus
voor de 1ste Wereld­dag van de kin­de­ren

(25-26 mei 2024)

Beste jongens en meisjes,

Jullie eerste Wereld­dag komt eraan. Deze zal op 25 en 26 mei in Rome plaats­vin­den. Daarom wilde ik jullie een bood­schap sturen. Ik ben blij dat jullie deze kunnen ont­van­gen en ik dank allen die zich ervoor inzetten om deze bood­schap bij jullie te brengen.

Ik richt me in de eerste plaats tot ieder van jullie per­soon­lijk, lieve kin­de­ren, want “jij bent kost­baar” in de ogen van God (Jes. 43,4), zoals de Bijbel ons leert en zoals Jezus zo vaak heeft laten zien.

Tege­lijker­tijd stuur ik deze bood­schap naar alle kin­de­ren, omdat jullie allemaal be­lang­rijk zijn en omdat jullie samen, dichtbij en ver weg, het verlangen van ieder van ons uitdrukken om te groeien en ons­zelf te vernieuwen. Jullie her­in­ne­ren ons eraan dat we allemaal kin­de­ren zijn, broers en zussen. Niemand van ons zou bestaan als anderen ons niet op de wereld had­den gezet, noch kan iemand groeien zon­der anderen lief te hebben en anderen van wie hij liefde kan ont­van­gen (vgl. encycl. Fratelli tutti, 95).

Jullie allemaal jongens en meisjes, zijn een bron van vreugde voor jullie ouders en familie, maar ook van de mens­heid en de Kerk, waarin ieder van jullie als een schakel is in een heel lange ket­ting, die zich uitstrekt van het verle­den tot de toe­komst over de hele aarde. Daarom moe­dig ik jullie aan om altijd goed te luis­te­ren naar de verhalen van de vol­was­se­nen: van jullie moe­ders en vaders, groot­ou­ders en overgroot­ou­ders! En niet te vergeten al die kin­de­ren en jonge mensen die worstelen met ziekte en ontbe­ringen, in het zie­ken­huis of thuis, en op ruwe wijze van hun jeugd beroofd wor­den. Ik denk aan kin­de­ren die slacht­of­fer zijn van oorlog en geweld, die hon­ger en dorst lij­den, kin­de­ren die op straat leven, die ge­dwon­gen wor­den soldaat te zijn of moeten vluchten zon­der hun ouders, kin­de­ren die niet naar school kunnen, of slacht­of­fer zijn van criminele bendes, drugs of andere vormen van slavernij en van mis­bruik. Laten we naar hen luis­te­ren, ja, laten we echt naar hen luis­te­ren, want in hun lij­den spreken ze met tranen in hun ogen over de harde reali­teit, met een vurig verlangen naar goed­heid dat nog altijd leeft in de harten van hen die de verschrik­kingen van het kwaad ondervon­den hebben.

Mijn kleine vrien­den, om ons­zelf en de wereld te vernieuwen is het niet genoeg om verenigd te zijn met elkaar. We moeten ons vooral verenigen met Jezus. Hij geeft ons moed. Hij is altijd dicht bij ons. Zijn Geest gaat ons vooruit en begeleidt ons op onze weg door het leven. Jezus zegt: “Zie, Ik maak alle dingen nieuw” (Openb. 21, 5); deze woor­den heb ik gekozen als thema voor jullie eerste Wereld­dag. Deze woor­den nodigen ons uit om zo behen­dig als kin­de­ren te wor­den om – gedreven door de Geest – nieuwe moge­lijk­he­den te ont­dek­ken, zowel voor ons­zelf als voor anderen. Met Jezus kunnen we dromen van een nieuwe mens­heid en ons inzetten voor een meer broe­der­lijke en zorgzame samen­le­ving. De wereld veran­dert door kleine dingen zoals anderen begroeten, toestem­ming vragen, zich verontschul­digen, dankjewel zeggen. Onze wereld veran­dert als we met deze kleine dingen beginnen, zon­der bang te zijn om telkens kleine stapjes te zetten, een voor een. Onze klein­heid herinnert ons eraan dat we kwets­baar zijn en dat we elkaar nodig hebben, als leden van één lichaam (vgl. Rom. 12, 5; 1 Kor. 12, 26).

En er is meer. In feite, lieve kin­de­ren, kunnen we niet gelukkig zijn helemaal op ons­zelf, want vreugde groeit naarmate we haar delen. Vreugde begint met dank­baar­heid voor de geschenken die we hebben ont­van­gen en die we op onze beurt met anderen delen. Als we wat we hebben ont­van­gen alleen voor ons­zelf hou­den, of zelfs driftbuien krijgen om dit of dat cadeau te krijgen, vergeten we eigen­lijk dat het grootste cadeau ons eigen leven is en dat van anderen: wij zijn het ‘geschenk van God’. De andere gaven zijn mooi, maar alleen als ze ons helpen om bij elkaar te blijven. Als we die niet daarvoor gebruiken, zullen we altijd onte­vre­den zijn; het zal nooit genoeg zijn.

Maar als we bij elkaar blijven, is alles anders! Denk aan je vrien­den: hoe mooi is het om samen met hen te zijn, thuis, op school, in de pa­ro­chie, op de speel­plaats, overal. Spelen, zingen, nieuwe dingen ont­dek­ken, plezier maken, allemaal samen, niemand buitensluitend. Vriend­schap is mooi en groeit alleen op deze manier: door te delen en te ver­ge­ven, met geduld, moed, creativi­teit en ver­beel­ding, zon­der angst en zon­der vooroor­de­len.

En nu wil ik je een be­lang­rijk geheim toe­ver­trou­wen: om echt gelukkig te zijn moet je bid­den, veel bid­den, elke dag, want gebed verbindt ons recht­streeks met God. Gebed vervult ons hart met licht en warmte en helpt ons om alles met ver­trouwen en een vre­dig gemoed te doen. Jezus bad altijd tot de Vader. En weet je hoe hij hem noemde? In zijn taal noemde hij Hem gewoon “Abba”, wat “papa” betekent (vgl. Marc. 14, 36). Laten wij het­zelfde doen! We zullen Hem altijd dicht bij ons voelen. Jezus zelf beloofde ons dit toen hij zei: “Waar twee of drie in mijn naam bijeen zijn, daar ben Ik in hun mid­den” (Mat. 18, 20).

Lieve kin­de­ren, jullie weten dat we in de maand mei met velen in Rome zullen zijn, samen met kin­de­ren van over de hele wereld! Om ons hier goed op voor te berei­den, zou ik jullie willen vragen om het gebed te bid­den dat Jezus ons geleerd heeft: het Onze Vader. Bid het elke ochtend en elke avond, samen met het hele gezin, en met je groot­ou­ders. Maar niet als een formule. Denk aan de woor­den die Jezus ons geleerd heeft. Jezus roept ons en wil dat we actief met Hem meedoen op deze Wereld­dag voor Kin­de­ren, om mee te helpen bouwen aan een nieuwe, men­se­lijkere, recht­vaar­digere en vreedzamere wereld. Jezus die zich­zelf opofferde aan het kruis om ons allen te verzamelen in liefde, Hij die de dood overwon en ons verzoende met de Vader, wil Zijn werk voort­zet­ten in de Kerk, met ons. Denk hierover na, vooral degenen die zich voor­be­rei­den op de Eerste Communie.

God heeft ons vanaf het begin van de wereld liefgehad (vgl. Jer. 1, 5). Hij kijkt naar ons met de ogen van een lief­heb­bende vader en een tedere moe­der. Hij vergeet ons nooit (vgl. Jes. 49,15) en elke dag begeleidt Hij ons en vernieuwt Hij ons met zijn Geest.

Laten we samen met de Aller­hei­ligste Maagd Maria en de Heilige Jozef bid­den met deze woor­den:

Kom, Heilige Geest,
Toon ons uw schoon­heid

Die reflec­teert in de gezichten

Van kin­de­ren over de hele wereld.

Kom, Jezus,

Gij die alles nieuw maakt,

Die de weg zijt die ons bij de Vader brengt,

Kom en blijf altijd bij ons.

Amen.
  

Rome, Sint-Jan van Lateranen, 2 maart 2024.

+ Fran­cis­cus

Vertaling: drs. H.M.G. Kretzers / Mgr. R.G.L.M. Mutsaerts
Eindredactie: A. Kruse, MA
Copyright: Libreria Editrice Vaticana / SRKK

Andere berichten

Ga naar de inhoud