Handen en voeten geven aan je geloof dat is een leerproces.
Zowel communicanten als vormelingen bereiden zich daarom een jaar voor op het doen van de 1e communie of het vormsel.
In deze bijeenkomsten komen allerlei zaken voorbij. Zo verdiepten de communicanten zich in het leven van Maria, de moeder van Jezus. Waar was ze overal bij in het leven van Jezus? We oefenden het gebed dat voor haar is “Het Wees Gegroet” en staken een kaarsje bij haar beeltenis. De vormelingen ‘puzzelden’ vorige week op de Geloofsbelijdenis. Hoe is die ontstaan? Over wie wordt er eigenlijk wat gezegd in de geloofsbelijdenis? En wat is de betekenis van bepaalde woorden, die wij in onze taal nauwelijks meer gebruiken? De geloofsbelijdenis is een belangrijk onderdeel van het vormsel omdat de vormelingen in de vormselviering de hernieuwing van de doopbelofte uitspreken. En dan is het wel heel mooi en belangrijk dat je weet waar je ‘ik geloof’ op zegt.