eyeglasses with black frame on MacBook Air

Anders kijken naar werktijd

6 juli 2023

Door Robert van Putten

De vakantieperiode staat voor de deur. Scholen sluiten voor een heel aantal weken de deuren, de bouwvak komt eraan, werknemers nemen enkele weken verlof, het parlement en andere politieke organen gaan met reces. Tot zover niets bijzonders: het is een jaarlijks terugkerend fenomeen, een verworvenheid die onderdeel is van het werkende bestaan. Nederland in ruststand. Lekker ‘even helemaal weg’, om het met een bekende reclameslogan te zeggen. Is de situatie wel zo onbekommerd? vraagt Robert van Putten zich af.

Het voorjaar van 2023 stond sociaaleconomisch en arbeidspolitiek gezien voor een belangrijk deel in het teken van personeelstekort. Tal van beroepen in de (semi)publieke sector kampen ermee. Zorg, onderwijs, techniek en bouw kennen grote tekorten of zien jonge arbeidskrachten na een paar jaar al weer vertrekken.

Waar zijn de mensen?

Politiek gezien is dit al een issue vanaf de start van het nieuwe kabinet met zijn ambitieuze plannen: waar zijn de mensen? De krapte op de arbeidsmarkt leidde politiek gezien tot een aansporing van overheidswege om mensen, vooral vrouwen, een aantal uur per week meer te laten werken. Tachtig procent van de vrouwen en twintig procent van de mannen werkt deeltijd, dus daar valt winst te behalen, is de gedachte van het ministerie van Sociale Zaken.

Ironie en scepsis

Wie het debat in diverse (sociale) media een beetje gevolgd heeft, merkt ironie en scepsis. Jarenlang was gestimuleerd dat vrouwen deeltijd werken en nu moet het ineens weer anders. Of je hoort de vraag ‘hoe dan?’ Lynn Berger van De Correspondent vroeg terecht aandacht voor het veelal onzichtbare, onbetaalde werk dat naast de betaalde baan wordt verricht, veelal door vrouwen.1 Niets deeltijdparadijs dus.

Hoge werkdruk

Ondertussen ervaren veel werknemers, juist in genoemde (semi)publieke sectoren, een hoge werkdruk met bijbehorende fysieke en mentale klachten. Als de werkdruk in deeltijd al zo hoog is en de balans tussen betaald en onbetaald werk al precair is, waarom zou je dan nog een schep daarbovenop doen? Op een gegeven moment is de rek er ook gewoon uit en moeten wij de fundamentele vraag stellen, zoals Govert Buijs doet in een artikel voor Christen Democratische Verkenningen: willen wij misschien niet te veel?2 De verwachtingen in politiek en cultuur omtrent de arbeidsmarkt en het werkende leven zijn wel heel gulzig geworden.

blog29juni

Nee tegen de ratrace

De jongste generatie arbeidsmarktpotentieel telt daarom wijselijk zijn knopen en bedankt er steeds nadrukkelijker voor om in die ratrace te stappen. Zij zijn wel quiet quitters genoemd: jonge werknemers die grenzen stellen aan de tijd die ze voor een werkgever stellen en die bovendien niet meer automatisch voltijd gaan werken. Ze beseffen dat er meer is in het leven dan werk, werk, werk; ze willen meer zijn dan productiefactor in de BV Nederland.

Tegendraadse bewegingen

We zien dus zeker twee tegendraadse bewegingen in het debat over arbeidspolitiek: een roep om herwaardering van onbetaald werk en een roep om fundamentele bezinning op de hoge verwachtingen van het werkende leven. Volgens mij vraagt deze bezinning om een derde tegendraadse beweging, namelijk: wat vinden we eigenlijk een goede invulling van werktijd?

Gesloten versnelling

Werktijd is steeds meer gaan samenvallen met streng gemanagede productieve tijd. Urenplaatjes en minutentellen, daarover nauwgezet verantwoorden en schema’s helemaal volplannen lijkt de energie en menswaardigheid uit het werk te zuigen. Dat gebeurt bovendien in een samenleving die gevangen is geraakt in wat de Duitse socioloog Hartmut Rosa ‘gesloten versnellingssysteem’ heeft genoemd.3 Wij werken steeds sneller en efficiënter, met behulp van allerhande technologie, maar we komen toch steeds meer tijd te kort.

Bezinning op werktijd

Wat wij daarom nodig hebben, is bezinning op wat een goede invulling van werktijd is. Intuïtief voelen velen aan dat je ook zoiets als lege tijd of lummeltijd nodig hebt in het werk – en echt niet alleen in de creatieve sector. De complexe vraagstukken in een transitietijdperk vereisen tijd voor reflectie en inspiratie en om vertraging, om ze werkelijk te kunnen doorgronden en je als professional ertoe te kunnen verhouden. Kortom, een arbeidsmarkt en arbeidspolitiek die toekomst wil hebben, fixeert niet op een nog verdere vergroting van het arbeidspotentieel (de route van het kabinet), maar stelt (naast de vraag naar de verhouding werk/privé en betaald/onbetaald) ook de onze invulling van werktijd aan de orde. Uiteindelijk werken we om een menswaardig bestaan op te bouwen en precies dat staat onder druk in onze arbeidscultuur.

Dr. Robert van Putten is lector Bezieling & Professionaliteit aan de Christelijke Hogeschool Ede. Hij doet onder meer onderzoek naar ‘tijd’ in professionele praktijken en hield dit voorjaar zijn lectorale rede getiteld ‘Een kwestie van tijd: bezieling en professionaliteit in een verontruste wereld’.

#Tocqueville #HartmutRosa #arbeidspolitiek #arbeidstekorten #werktijd #bezinning #rust

Noten:

1. Lynn Berger, Ik werk al (ik krijg er alleen niet voor betaald). De Correspondent, 2023.
2. Govert Buijs, ‘We willen te veel en lopen vast’, Christen Democratische Verkenningen, zomer 2023, 87-96.
3. Hartmut Rosa, Leven in tijden van versnelling. Een pleidooi voor resonantie. Amsterdam: Boom, 2016.

Bron: Anders kijken naar werktijd – door Robert van Putten – Tocqueville (ru.nl)

Andere berichten

Ga naar de inhoud